Wit en zwart in de anti-racisme strijd: bondgenoten of tegenstanders?

Sandew Hira
6-1-2017

Inleiding

Naar aanleiding van mijn kritiek op de documentaire van Sunny Bergman Wit is ook een kleur is er onder activisten in de anti-racisme bewering een discussie ontstaan over de rol van wit en zwart in deze beweging.

In deze bijdrage behandel ik de verschillende aspecten van deze discussie. Ik ga in op de volgende vragen:

  1. Wat is de anti-racisme beweging?
  2. Welke zijn de belangrijkste uitdagingen voor deze beweging?
  3. Wat is de relatie tussen witte activisten en activisten van kleur?

Wat is de anti-racisme beweging?

De anti-racisme beweging is het geheel van personen en organisaties die zich inzetten in de strijd tegen racisme. Twee punten zijn hierbij van belang.

  • Wat is racisme?
  • Wie zijn de personen en organisaties?

Wat is racisme?

In de anti-racisme beweging zijn er verschillen concepten van wat racisme is. Grofweg zijn er twee stromingen.

Een stroming analyseert racisme in termen van ideeën, gevoelens en ervaringen in de interactie tussen witte mensen en mensen van kleur. Zo zijn er definities van racisme als een opvatting dat sommige mensen zich superieur voelen boven anderen, of het geheel van stereotypen van een groep over een andere groep, of een geheel van ervaringen in de interactie tussen witte en zwarte mensen waarbij zwarte mensen achtergesteld worden, etc. Dat is de dominante stroming.

Ik gebruik de dekoloniale theorie en definieer racisme als “een systeem van economische, sociaal-culturele, politieke en ideologische instituties die de praktijk en theorie van het organiseren van mensen in superieure en inferieure individuen en gemeenschappen opzetten en in standhouden door middel van onderdrukking en uitbuiting die gebaseerd is op fysieke en culturele kenmerken en geworteld is in het systeem van kolonialisme.

Klik hier voor een uitgebreidere bespreking van deze definitie van racisme als een institutioneel fenomeen. In deze definitie valt islamofobie ook onder racisme.

Nou is het heel goed mogelijk dat mensen en organisaties met verschillende analyses en opvattingen samen met elkaar kunnen optrekken. Want naast de verschillen in analyse zijn er overeenkomsten zoals de wil om af te rekenen met de praktijk van achterstelling.

Maar de verschillen in analyse kunnen ook een struikelblok zijn als de ene stroming probeert te verhinderen dat de andere stroming zijn of haar opvattingen kan uitdragen.

Wie zijn de personen en organisaties in de anti-racisme beweging?

Niemand is racist in Nederland. Althans, niemand zal openlijk durven zeggen dat hij of zij een racist is, zelfs Wilders niet. Gevestigde partijen als VVD en de PvdA zeggen expliciet tegen racisme te zijn. De overheid is tegen racisme. In de grondwet is artikel 1 opgenomen tegen racisme en discriminatie in het algemeen. Zo bekeken behoort heel Nederland tot de anti-racisme beweging. Maar hoe zit het met de praktijk van Zwarte Piet of het gegeven dat de werkloosheid onder mensen van kleur tweemaal zo hoog is als onder witte mensen?

Ik beperk de anti-racisme beweging tot individuen en organisaties die zich actief inzetten tegen racisme, m.a.w. die activiteiten organiseren tegen racisme: demonstraties, bezettingen, debatten, kritiek op gevestigde instituties, etc.

Met deze beperking gaat het nog om een grote groep, van DENK tot en met de anti Zwarte Piet beweging.

De historische ervaring van sociale bewegingen leert dat er een voorhoede van activisten zich ontwikkelt die richting geeft aan de beweging als geheel. Het gaat om kleine groepen die aan kracht winnen naarmate zij zich weet te verbinden met de grote massa.

De uitdagingen voor de anti-racismebeweging

De vraag is: hoe ziet zo’n voorhoede eruit? De afgelopen jaren hebben laten zien dat er een spontaan proces is waarbij mensen die vijf jaar geleden nog in de anonimiteit verkeerden nu een vooraanstaande rol spelen in de mobilisatie tegen racisme en islamofobie. Op politiek niveau is de ontwikkeling van DENK als een radikaal anti-racistisch geluid in de Tweede Kamer opmerkelijk.

Keer op keer is gebleken dat de sociale beweging tegen racisme en islamofobie aan kracht wint als mensen die het slachtoffers zijn in beweging komen en daadwerkelijk iets ondernemen. Dat bleek bij Zwarte Piet, Holi is geen Houseparty, Palestina en Islamofobie. Het kernbegrip daarbij is: empowerment.

De grootste uitdaging voor activisten van kleur is hoe de eigen gemeenschap te empoweren waardoor meer mensen in beweging komen in de strijd tegen racisme en islamofobie. De belangrijke vragen daarbij zijn:

  • Welke analyse gebruik je bij empowerment?
  • Hoe worden discussie, debat, actie en educatie ingezet om de gemeenschap te empoweren?
  • Welke infrastructuur bouw je op: netwerken, communicatie, organisatievorming?
  • Hoe verbind je de verschillende gemeenschappen van kleur?

Assertieve en zelfbewuste gemeenschappen van kleur vormen de kracht om het systeem van racisme omver te werpen. Dat is de les van de geschiedenis. Dat zou de primaire inzet moeten zijn van activisten van kleur.

De relatie tussen witte activisten en activisten van kleur

Melk en koffie

Malcolm X heeft eens de rol van witte mensen in de zwarte strijd als volgt getypeerd: “It’s just like when you’ve got some coffee that’s too black, which means it’s too strong. What you do? You integrate it with cream. You make it weak. If you pour too much cream in, you won’t even know you ever had coffee. It used to be hot, it becomes cool. It used to be strong, it becomes weak. It used to wake you up, now it’ll put you to sleep.”[1]

Het is van belang om de mechanismen te bestuderen die ervoor zorgen dat een witte inbreng in de zwarte strijd onze strijd verzwakt.

  1. De verzwakking van het program van eisen

Vaak leidt de witte inbreng tot een verzwakking van een radikaal program van eisen. Enkele voorbeelden:

  • Een radikale eis m.b.t werkgelegenheid is quota-regelingen. Vaak wordt deze eis weggeschoven ten gunste van het zoveelste stage-plan om meer stages mogelijk te maken voor mensen van kleur.
  • De beweging rond intersectionaliteit zegt in theorie verbindingen te leggen tussen de strijd tegen racisme en bijv. homofobie. In de praktijk leidt die verbinding tot het verschuiven van de focus van racisme naar homofobie of van dekolonisatie naar diversiteit. Klik hier voor een voorbeeld in de strijd voor dekolonisatie van de Universiteit van Amsterdam waar een radikale eis voor dekolonisatie via intersectionaliteit is verzwakt naar een eis voor diversiteit.
  1. Het beperken van de discussie en het criminaliseren van het radikale geluid

Een belangrijk deel van empowerment is de strijd rond ideeën en de wijze waarop die strijd gevoerd, namelijk assertief en zonder angst en onzekerheid. Mensen uit onze gemeenschap lezen discussiestukken met meningen over en weer, ze kijken naar video’s waar mensen tegenover elkaar staan met hun opvattingen en argumenten, ze bezoeken bijeenkomsten waar sprekers/spreeksters elkaar bekritiseren. Dat proces is deel van empowerment van onze gemeenschap.

De beste manier om empowerment tegen te gaan is het beperken van de discussie (en dus de vrijheid van meningsuiting) en het criminaliseren van het radikale geluid.

Enkele voorbeelden:

  • Doorbraak, een wit linkse organisatie, heeft een serie artikelen gepubliceerd over Decolonizing The Mind waarin forse kritiek werd geuit om mij. Ik heb een weerwoord geschreven op die kritiek. Ze weigerden om het te publiceren.
  • In een interview met Radio Mart kwam het idee naar voren voor een debat tussen Sunny Bergman en mij. Mitchel Esajas van New Urban Collective ging enthousiast aan de slag om het debat te organiseren. Bergman vroeg advies aan Dyab Abou Jahjah. Ooit was Abou Jahaj de stem van radikale mensen van kleur. De tijden zijn veranderd en zo ook Abou Jahjah. Zijn advies aan haar maakte hij op zijn Facebook bekend: “Ik heb Sunny ook geadviseerd om niet deel te nemen aan dit zo gezegd ‘debat’ die bedoeld als een soort inquisitie en waar ze alleen 1 argument zal horen in meerdere vormen en dat is (je bent wit). Hira wilt niet debateren hij wilt gewoon een platform om zijn sektarisch wereld beeld te spreiden. Ik zou het hem ook niet gunnen.” Eens schreef hij naar aanleiding van de moordpartij tegen Charlie Hebdo: “Ik draag de waarden van Voltaire hoog in het vaandel. Ik haat jouw mening, maar ik ben bereid te sterven om het recht op de uiting ervan te verdedigen.” [2] De tijden van strijd voor de vrijheid van meningsuiting zijn voorbij voor Abou Jahjah. Hij leeft gelukkig nog. Het debat is nooit van de grond gekomen, dankzij hem.
  1. De reproductie van koloniale omgangsvormen

Als sommige witte activisten met zwarte activisten in gesprek raken, reproduceren ze vaak de koloniale omgangsvormen. Het opgeheven vingertje uit de koloniale periode waarin witte mensen een beschavingsmissie dachten uit te voeren onder zwarte mensen komt dan weer naar voren. Ze formuleren regels waaraan zwarte mensen zich moeten houden. Neem het voorbeeld van Anja Meulenbelt. In de discussie tussen mij en Bergman op Radio Mart kaartte ze op Facebook de discussie aan of ik Bergman wel met respect heb behandeld. Ze gaat er sowieso van uit dat dat niet het geval zal zijn. Ook leg ze niet uit wat “respect” betekent. Geen moment kaart ze de vraag aan of Bergman mij met respect behandeld heeft. Het is de vanzelfsprekende witte arrogantie uit de koloniale periode die hier de kop opsteekt bij Meulenbelt.

De reproductie van koloniale omgangsvormen is een belangrijke hindernis in de samenwerking tussen witte activisten en activisten van kleur.

  1. Verdeel-en-heers strategie

Er zitten progressieve witte mensen op positie van macht (subsidie). Wetende dat de economische positie van veel activisten zwak is, gebruiken ze de subsidiekraan als instrument om loyaliteit te kopen van mensen van kleur. Daarmee hopen ze “radikalen” van “gematigden” en zwarten van moslims te scheiden. Tegelijkertijd verschuiven ze de focus van de discussie over eenheid naar de versterking van de loyaliteit van zwarte activisten voor witte subsidieverstrekkers.

 

Dit zijn enkele mechanismen die witte mensen gebruikt worden om radikalisme van mensen van kleur in te dammen. Er zijn nog meer die we in de toekomst nog eens zullen bespreken.

Onze eerste prioriteit: eenheid van mensen van kleur

Als we over eenheid praten, moet onze eerste prioriteit zijn: hoe krijgen we eenheid tussen onze eigen mensen. Daar ligt nog een hoop werk. Binnen de afzonderlijke gemeenschappen van kleur betekent dat dat de activisten in de voorhoede moeten leren om hun werk van empowerment en educatie te wortelen in de grote massa van die gemeenschap. Het opbouwen van netwerken, het leren omgaan met meningsverschillen en het vermijden van sektarisme, het opereren vanuit eerlijkheid en integriteit, het volledig staan voor de belangen van de eigen gemeenschap zijn enkele van de grote uitdagingen waarvoor we staan. Gelukkig heeft de nieuwe generatie activisten al veel ervaring opgedaan in de afzonderlijke gemeenschappen waarvan we kunnen leren.

De grootste uitdaging die voor ons ligt is om de eenheid tussen mensen van kleur uit de verschillende gemeenschappen vorm en inhoud te geven. Hier ligt nog een braak terrein. Hier moet nog een infrastructuur worden ontwikkeld waarbij sleutelfiguren uit de verschillende gemeenschappen elkaar opzoeken, elkaar spreken buiten een actie om, ervaringen uitwisselen en gezamenlijke activiteiten leren ontplooien. Dat proces moet nog van de grond komen.

Dat moeten we doen met deze historische les voor ogen: een oprechte eenheid met wit is alleen mogelijk als we een sterke eenheid van zwart hebben. Een verdeelde gemeenschap van kleur zal ruimte bieden aan opportunistische witte krachten die onze gemeenschap verder zal verdelen en tegen elkaar uitspelen.

Onze tweede prioriteit: samenwerking met wit op basis van respect voor de menselijke waardigheid

We moeten durven om kritische vragen te stellen aan onszelf. Een kritische vraag is bijvoorbeeld: willen we wel een eenheid met witte mensen? In de voorgaande analyse heb ik de valkuilen aangegeven.

Toch wil ik uitleggen waarom we vanuit activisten van kleur ook een traject moeten hebben naar samenwerking met witte mensen. Het is gebaseerd op de simpele gedachte dat ons toekomstbeeld een wereldbeschaving is die afrekent met 500 jaar kolonialisme. De jonge Azteekse koning Cuauhtémoc (1495-1525) heeft dat beeld geschetst in een speech vlak voor zijn executie door de Spaanse barbaren die zijn land hadden bezet: “Onze zon is neergedaald. Onze zon is uit onze zicht verdwenen en heeft ons in volledige duisternis achtergelaten. Maar we weten dat hij ooit eens zal wederkeren om ons opnieuw te verlichten.”

In die nieuwe wereldbeschaving zien mensen elkaar niet meer met de bril van kleur en etniciteit, maar met normale ogen van menselijkheid en menswaardigheid. Dat moeten we uitdragen in ons activisme. Hoe doen we dat?

Ten eerste dragen we uit dat we opereren vanuit die visie van een nieuwe wereldbeschaving en niet vanuit de visie van de acceptatie van de huidige koloniale verhoudingen m.b.t. ras en etniciteit. Onze ethiek, moraal, waarden en normen is gebaseerd op een visie voor de toekomst en niet op de erfenis uit het verleden.

Ten tweede eisen we van onszelf en allen die met ons werken en strijden dat ze ons behandelen met respect en waardigheid. In de woorden van Malcolm X: “We declare our right on this earth…to be a human being, to be respected as a human being, to be given the rights of a human being in this society, on this earth, in this day, which we intend to bring into existence by any means necessary.”

Dat respect betekent een respect voor ons program van eisen, respect voor onze vrijheid van meningsuiting en omgangsvormen die onze menswaardigheid respecteren.

Witte mensen die ons zo behandelen, zien we niet meer als witte mensen, maar als mensen die samen met ons strijden voor die nieuwe wereldbeschaving en voor het neerhalen van de instituties die ontstaan met het systeem van kolonialisme.

Als activisten van kleur in staat zijn om de infrastructuur te bouwen waarin we elkaar ontmoeten in de strijd tegen racisme op basis van deze principes, dan zal de ruimte ontstaan om een eenheid te bouwen van wit en zwart die op het eerste gezicht lijkt te gaan om kleur, maar wie daarboven uitstijgt zal zien dat het gaat om menswaardigheid.

 

[1] Malcolm X (2015): Collected Speeches, Debates & Interviews (1960-1965). Antihostile. malcolmxfiles.blogspot.com, p. 568.

[2] http://www.standaard.be/cnt/dmf20150108_01463762?shareid=033efa02d045c59bac9d28de491a31b9756cc0791639e8d06ef3db83fcbccada3704ac4893c6bfea3e09c5e663f171d1%20.