Commentaar op NTR serie De Slavernij: Aflevering 4

Datum publicatie: 9 oktober 2011
Auteur: Sandew Hira

Aflevering 4 was het absolute dieptepunt van de serie. Ik vraag me af of het nog dieper kan. Het verhaal van de misdaad tegen de menselijkheid is verworden tot een serie anekdotes verteld door zwarte mensen en ingekaderd in blanke analyses. De centrale boodschap is: er heerst een evenwicht tussen de tot slaaf gemaakte Afrikanen en de slavenhouders. Ze accepteerden elkaar als partners in een bedrijf. Twee specialisten vertellen dit verhaal: een exploitant van een vakantiewoning op plantage Frederiksdorp en een romanschrijfster. In vorige afleveringen werden professoren en promovendi opgevoerd om het verhaal te vertellen.

Commentaar op De Slavernij, aflevering 4

Het absolute dieptepunt in de bagatellisering van een misdaad tegen de menselijkheid
Aflevering 4 was het absolute dieptepunt van de serie. Ik vraag me af of het nog dieper kan. Het verhaal van de misdaad tegen de menselijkheid is verworden tot een serie anekdotes verteld door zwarte mensen en ingekaderd in blanke analyses. De centrale boodschap is: er heerst een evenwicht tussen de tot slaaf gemaakte Afrikanen en de slavenhouders. Ze accepteerden elkaar als partners in een bedrijf. Twee specialisten vertellen dit verhaal: een exploitant van een vakantiewoning op plantage Frederiksdorp en een romanschrijfster. In vorige afleveringen werden professoren en promovendi opgevoerd om het verhaal te vertellen.

Straffen: incidenten of structuur
Hagemeyer van Frederiksdorp vertelt dat het allemaal wel meeviel met de wreedheid tijdens slavernij. Er is maar één bron – John Stedman – die hierover vertelt, aldus Hagemeyer. Het is misschien het enige boek dat hij gelezen heeft. Neem het boek van J.D. Herlein Beschryvinge van de volksplantinge Zuriname uit 1718 p. 86: “De swarte Neger Officier moet de gehele dag in ’t Veld zijn, en ziet nauwkeurig toe of het Volk al werkt, ’s avonds doet hy van alles kontschap aan zijn Meester, legt ‘et mede met hem over wat ’s anderendaags dient verrigt te zijn; zo de Slaven het verkorven hebben, straft hy ze in ’t bywezen van zijn Meester, en na dat ze gestraft zijn, moeten ze de zelve bedanken.”
Vrij vertaald: “De zwarte negerofficier moet de hele dag in het veld zijn en ziet er nauwkeurig op toe dat het volk ook werkt. ’s Avonds brengt hij verslag uit aan zijn meester en overlegt met hem wat hij de volgende dag moet doen. Als de slaven het verdienen, moeten ze gestraft worden in het bijzijn van zijn meester. Na de zweepslagen moet de gestrafte slaaf zijn meester bedanken voor de straf.”
Dit was niet incidenteel, maar structureel.
Maar wacht, waarom gaan we naar boeken van mensen die Suriname hebben bezocht? Waarom gaan we niet naar de archieven, waarin het beleid is vastgelegd m.b.t. slavernij, en wel in de slavenwetgeving. Die wetgeving gold gedurende de hele periode van slavernij. Daarin is in de wet o.a. vastgelegd:

  • Een tot slaaf gemaakte Afrikaan was verplicht om een blanke persoon die hij op de weg tegenkwam in alle nederigheid te begroeten.
  • Hij/zij mocht geen schoenen dragen omdat hij/zij anders als volwaardig mens zou worden gezien.
  • Hij/zij mocht niet met meer dan 12 mensen aanwezig zijn op een begrafenis. Iedere vorm van organisatie was verboden.

    Wat gebeurde er als de zwarten zich niet aan de wet hielden? Zweepslagen en de Spaanse bok (zie plaatje). Dit is niet een observatie van een toevallige bezoeker van Suriname. Het was vastgelegd in de wet!

    Tula en de functie van straffen
    De argumentatie rond de straffen werd als volgt uitgelegd: de meester en de tot slaaf gemaakte moesten een balans vinden om met elkaar te kunnen leven. Een te zware straf zou een opstand kunnen uitlokken. Als er niet constant opstanden zijn geweest, dan betekent dat dat de Afrikanen redelijk goed behandeld werden. De afwezigheid van continue opstanden is een teken van acceptatie van slavernij.
    Klinkt dit logisch? Niet als je de feiten kent.

    In 1795 vond er op Curaçao een opstand plaats onder leiding van Tula en Carpata. Die opstand is minutieus gedocumenteerd. Alle beleidsafwegingen van de kolonisator zijn vastgelegd in notulen en briefwisselingen. Daaruit blijkt wat de strategie was: je moet mensen niet constant slaan en wreed straffen. Je moet ze constant bedreigen dat je ze op ieder moment wreed kan straffen. Als voorbeeld – de gangbare term in de archieven is eksempel – moet je de leiders van een opstand heel wreed straffen zodat de angst diep in de geest van de mensen gaat zitten.
    In het geval van Tula en Carpata hebben de Nederlanders besloten om Tula te radbraken (alle botten te breken), aan een kruis te nagelen en met een toorts zijn gezicht in brand te steken. Carpata, die naast hem aan een kruis was vastgenageld werd gedwongen om te kijken (zijn hoofd werd naar de zijkant gedraaid) om hem te laten weten dat dit lot ook hem te wachten stond.
    De beleidsreden die genoemd werd: het moet als waarschuwing dienen voor een ieder die dacht dat hij of zij voor zijn of haar vrijheid zou willen vechten. En dat was effectief. Zo werkte het systeem van slavernij.
    En dit is het beleidsverhaal dat door de NTR verzwegen wordt.

    De balans op een plantage
    Het verhaal van de balans tussen tot slaaf gemaakte Afrikaan en de slavenhouder is de rode draad in de bijdrage van Hagemeijer en Cynthia McLeod (die toch beter moet weten). Dit verhaal klopt van geen kanten. Want hoe werkte het systeem?
    Een plantage was geen geïsoleerd onderdeel, maar deel van een netwerk. Als op één plantage een probleem zou ontstaan, dan zou dat heel netwerk militair en bestuurlijk in actie komen. Dragtenstein geeft in zijn beschrijving van maronnage talloze voorbeelden hiervan. De studies over de opstand op Curaçao tonen dit ook aan. En iedere Afrikaan wist dat. Er was geen gelijkwaardige relatie van partijen die een balans zochten. De Afrikaan wist dat als hij maar enigszins protesteerde tegen zijn status hij vroeg of laat de confrontatie zou moeten aangaan met het hele systeem.
    Ik geef twee voorbeelden van wat er gebeurt als de balans verstoord raakt.

  • Dragtenstein behandelt in zijn boek Boston het voorstel van de Marrons tijdens de Tempatie opstand om voortaan zelf hout te kappen en tegen betaling te leveren aan de planters. Dat voorstel werd verworpen, want het ging niet om een balans tussen redelijke partijen. De blanke partij wilde persé gratis arbeid hebben. En die kon alleen door angst voor terreur afgedwongen worden.
  • In 1763 leidde Coffy in Berbice (toen een Nederlandse kolonie) een opstand waarbij zijn leger van Afrikanen de controle kreeg over een gedeelte van de kolonie. Hij stelde aan gouverneur Van Hoogenheim voor om de kolonie in tweeën te delen waarbij Afrikanen en Nederlanders in vrijheid en vrede met elkaar zouden leven. Dat voorstel is resoluut afgewezen. De opstand werd uiteindelijk militair verslagen.

    Het ging nooit om een balans tussen twee gelijkwaardige partijen zoals McLeod en Hagemeijer stellen. Het doel was altijd om de zwarte partij te onderwerpen aan de wil van de blanke partij. Die onderwerping is de kern van slavernij. Alle gepraat over grijze gebieden kan dit feit niet wegpoetsen.

    McLeod en Hagemeijer zeggen meerdere keren: “Iedereen besefte dar er in het bedrijf gewerkt moet worden.” Alsof het gaat om een bedrijf in de moderne tijd waar werknemers en werkgevers een arbeidscontract met elkaar aangaan. In die situatie beseft iedereen dat er gewerkt moet worden, maar de kern van slavernij is niet overeenkomst tussen twee partijen, maar een situatie waarbij de ene partij de andere arbeid onder dwang laat verrichten. Op het moment dat die dwang er niet is (bijv. door de dreiging met geweld), dan blijft er niets over van de arbeidsverhouding. Mensen lopen dan gewoon weg. Geen enkele Afrikaan redeneert dan: tja, er moet gewerkt worden. Wat een onzin, verkopen deze mensen!
    McLeod gaat zelf zo ver door te zeggen: “Op de meeste plantages had met een soort compromis, een manier van leven gevonden. Je bent slaaf. Je weet niet beter. Je moet werken. Nou je zal werken. Je gaat je natuurlijk niet uitsloven. Je doet genoeg dat je meester tevreden is over je. Dan heb je ook een leuk leven.” Een leuk leven in slavernij! Hoe komt ze erbij!?
    Dat is nou precies, Cyntha McLeod, wat kolonisatie van de geest betekent. Hoe komt ze erbij dat ze niet beter weten, dat ze geen vrijheidsdrang hadden. Dat ze vrijwillig een compromis sloten voor de acceptatie van het slavenbestaan. Wat aan racistische onzin verkondigt een nazaat van een tot slaaf gemaakte Afrikaan. Wat een ontering van haar voorouders!

    Hopeloos amateurisme
    Van Bunskoek vertelt het volgende verhaal: de beurscrisis in Amsterdam bracht Suriname in de problemen. Daarom sloten ze vrede met de marrons en besloten ze de slavernij af te schaffen, want er moest steeds maar geld bij.
    Wat een ongelooflijk amateurisme! Dit zijn de feiten.

  • De beurscrisis vond plaats in 1773 plaats.
  • Het eerste vredesverdrag werd gesloten in 1760, 13 jaar voor de crisis? Die hadden dus duidelijk niets met elkaar te maken.
  • De afschaffing van de slavernij vond bijna 100 jaar na de beurscrisis plaats, in 1863. Die grote afstand alleen al zou vraagtekens moeten plaatsen bij een relatie tussen de twee dingen.
  • De beurscrisis leidde tot een initiële daling van de productie, maar eigenlijk heeft die crisis geleid tot een reorganisatie van de economie waarbij de productie juist omhoog ging! (zie grafiek). Die hoge productie werd bereikt met slavernij.
  • De Nederlandse overheid gaf geen geld aan noodlijdende planters, maar aan het gouvernement dat maar niet in staat bleek de planters te dwingen om meer belasting te betalen.

    Kortom de NTR maakt een hutspot van feiten die geen verband hebben met elkaar en vertellen een verhaal dat kant noch wal raakt. Dat is typerend voor de aflevering die vooral leuke nietszeggende anekdotes wil vertellen waardoor je vergeet dat je kijkt naar een aflevering die zou moeten gaan over het echte verhaal: de misdaad tegen de menselijkheid die in Suriname werd begaan.

    Maak een aflevering over de Joodse holocaust op die manier. Het zou schokkend zijn. Dit is lachwekkend.

    De aflevering eindigt ook triest. Op de boot van McLeod roepen de vrouwen: “Yeah! We hebben slavernij overleefd!”. Maar dat is niet waar! Ze hebben het helemaal niet overleefd. McLeod zit nog vastgeroest in mental slavery.
    Een enthousiaste Cynthia Mcleod die laat Nederlanders graag weten: Ija, wij zijn blij dat jullie ons uit Afrika hebben gehaald met slavernij anders zaten wij nu te kreperen in Afrika. Mijn hemel! Wat een gekoloniseerde geest. Waarom had je vandaag geen Nelson Mandela kunnen zijn als je in Afrika was geboren. Waarom had je vandaag niet Ellen Johnson-Sirleaf, of Leymah Gbowee kunnen zijn, de twee Afrikaanse vrouwen die onlangs de nobelprijs voor de vrede hebben gekregen. Waarom presenteer je het oude koloniale beeld van Afrika als een continent van alleen maar doffe ellende? En Ghana, die door McLeod wordt genoemd. Ghana is het Afrikaanse land met de snelst groeiende economie in de wereld en een sterk opkomende middenklasse. Waarom is het ondenkbaar dat je in Afrika een menswaardig bestaan kunt leiden? Omdat je geest doordrenkt is van zelfhaat en zelfvernedering. En dat soort zwarten wil de NTR graag tonen aan haar blanke kijkers.

    Op naar het slot.

    Noten

    Andere visies op You Tube
    Grapevine Publications stuurde me de volgende links met visies van Afrikanen over de transatlantische slavernij. Bekijk nu eens de zaak van de andere kant.

    http://www.youtube.com/watch?v=DuTdyo_VmGY&feature=feedrec_grec_index

    http://www.youtube.com/watch?v=zsLDSFH-Pvg&feature=related

    http://www.youtube.com/watch?v=3J9WEDLYZ7g&feature=related

    http://www.youtube.com/watch?v=XEKnQP8h9o4&feature=related

    http://www.youtube.com/watch?v=QEtfmvsmUmQ&feature=related

    Concentratiekampen en slavernij
    Naar aanleiding van de vorige nieuwsbrief – waarbij ik melding maakte van de mededeling van Leo Balai dat hij in zijn dissertatie van zijn promotor Henk den Heijer de vergelijking niet mocht maken tussen concentratiekampen en slavernij – ontving ik een email van Prof. Dr. Marcel van der Linden van het Internationaal Instituut voor Sociale Geschiedenis (IISG). Hij maakte mij erop attent dat vanuit sommige historici van slavernij een vergelijking tussen concentratiekamper en slavenplantages taboe is, maar omgekeerd is dat niet het geval. Historici van het nationaal socialisme en het stalinisme hebben vaker vergelijkende analyses gemaakt tussen de concentratiekampen en slavenplantages. Prof. Van der Linden stuurde mij als voorbeeld een artikel toe van Marc Buggelin: Were Concentration Camp Prisoners Slaves?: The Possibilities and Limits of Comparative History and Global Historical Perspectives. Het is verschenen in het tijdschrift van IISG.

    Leusden
    In de serie over kolonialisme die IISR met Sky Televisie maakt, komt ook het verhaal van Leusden voor. Frank Dragtenstein is onze deskundige die het materiaal van Leusden heeft bestudeerd.
    De manier waarop wij hetzelfde onderwerp behandelen is tekenend voor het verschil in benadering tussen de NTR serie van het wetenschappelijk kolonialisme en onze stroming van Decolonizing the Mind.
    Het verhaal zoals de NTR die vertelt is, als volgt: het schip Leusden lijdt schipbreuk op een zandbank in de Marowijne rivier. De blanke bemanning sluit de luiken, waardoor de opgesloten Afrikanen verdrinken. Dit is een uitzonderlijke moordpartij van ongekende omvang. Een exces begaan door uitzonderlijk wrede mensen.
    Het verhaal zoals wij die vertellen gaat als volgt: de reden waarom de luiken dicht waren gegooid was geen gevolg van uitzonderlijke wreedheid. Het vloeide voort uit het systeem van transatlantische slavernij en zou door alle blanke bemanningsleden gedaan worden op alle schepen die schipbreuk zouden lijden.
    Waarom?
    Stel je eens praktisch voor wat er gebeurd zou zijn, als blanke bemanningsleden de luiken hadden opgedaan. Ze moesten de mensen die ze normaal getekend hadden van hun ketenen bevrijden. Stel dat ze dat gedaan zouden hebben. Stel dat die mensen niet boos, maar dankbaar zouden zijn. Dat laatste is nog maar de vraag. Stel dat vervolgens iedereen veilig aan land zou komen en dat er geen gevechten met de blanke bemanningsleden zouden uitbreken over wie het eerst in de sloepen mocht gaan en de rest veilig aan land kon zwemmen.
    Stel dat dit sprookje waar zou zijn. Wat zou er dan aan land gebeuren? Het doel van de reis was om de Afrikanen tot slaaf maken. Zouden de blanke bemanning haar missie willen voltooien? Zouden de Afrikanen uit dankbaarheid zelf hun ketenen omdoen om op een of andere manier in Paramaribo te geraken om in slavernij te worden gebracht of zouden ze de blanke bemanning ombrengen als die alleen maar daaraan zouden denken?
    In de NTR-serie worden die vragen niet gesteld, maar dit zijn wel de vragen die gesteld moeten worden als je wilt weten of het een incident of een onderdeel was van een systeem. Wie zich in die vragen verdiept zal tot de conclusie komen dat het gedrag van de bemanning van Leusden geen uitzonderlijk gedrag was. De luiken werden dichtgedaan niet vanwege uitzonderlijke wreedheid van een bemanning die afweek van alle anderescheepslui. Ze werden dichtgedaan omdat ze geen enkel risico wilden lopen dat daaruit vrije mensen naar boven kwamen die met hen zou afrekenen.

    Oostindie spreekt met twee tongen
    Harry Westerink van Doorbraak maakte mij attent op een artikel met de titel “Er bestond geen black holocaust” in het Leidse Universiteitsblad Mare, waar vertegenwoordigers van de stroming van het wetenschappelijk kolonialisme n.a.v. de serie reageren op kritiek. Voor een Surinaamse publiek verkondigt Oostindie in het VPRO programma Z.O.Z. dat hij wel degelijk vindt dat de transatlantische slavernij een misdaad was tegen de menselijkheid was, maar als hij voor eigen parochie preken, spreekt hij met een andere tong: “Er bestond geen black holocaust.” Black holocaust is de term waarmee wetenschappers slavernij karakteriseren als een misdaad tegen de menselijkheid.

    Laatste commentaar mogelijk op dinsdag in plaats van maandag
    Helaas kan ik volgende week zondag de laatste aflevering niet zien, terwijl het uitgezonden wordt. Ik zit dan in het vliegtuig op weg naar Amerika om enkele gastcolleges te geven op de Universiteit van California Berkeley. Ik zal maandag de uitzending moeten bekijken op uitzending gemist en dan mijn commentaar publiceren.

    Wereldomroep volgt slavernij commentaar
    Sam Jones maakt voor de Wereldomroep een reportage waarbij hij samen met mij aflevering 4 van de serie volgt bij mij thuis. Sam beschrijft het verhaal achter de schermen van het wekelijkse commentaar. Zodra de link voor de uitzending is verschenen, zullen we dat melden op de website en in een mail.