Sandew Hira, 1-12-2023
Inleiding
De grote verkiezingswinst van de PVV is niet onverwachts. Het is in lijn met de ontwikkelingen in West Europa, waar extreem rechts de laatste drie decennia flink is gegroeid. Welke lessen kunnen we trekken uit deze verkiezingen?
Rechts is in Nederland altijd groter geweest dan links
Ik heb de stemmen van de laatste 11 verkiezingen over een periode van 34 jaar bij elkaar gebracht om inzicht te krijgen in de lange termijn trends. Ik heb de politieke grofweg in twee blokken ingedeeld: een links en rechts blok. De scheidslijnen zijn niet scherp en dus enigszins arbitrair, maar je krijgt wel een aardig beeld van de trend.
Onder het links blok heb ik de volgende partijen geschaard:
- BIJ1
- D66
- DENK
- GL/PvdA
- Groen Links
- PvdA
- PVDD
- SP
- Volt Nederland
Het rechtse blok bestaat uit:
- 50PLUS
- AOV
- BBB
- CDA
- ChristenUnie
- FvD
- GPF
- JA21
- Leefbaar Nederland
- Lijst Janmaat/CD
- LPF
- NSC
- PVV
- RPF
- SGP
- Unie 55+
- VVD
Onderstaande grafiek heeft het resultaat in aantal miljoenen stemmen per blok. Daaruit blijk dat de meerderheid van Nederland over het algemeen rechts stemt, ondanks alle sociale bewegingen van de afgelopen jaren.
In 1998 was de stemverdeling over de twee blokken fifty-fifty, maar bij alle overige verkiezingen, maar in alle andere jaren was rechts in de meerderheid. In 2002 was het aandeel van de linkse kiezers 33% en in 2023 32%. In de afgelopen tien jaar is het gat alleen maar grote geworden ten voordele van het rechtse blok.
In 2023 hadden 7,0 miljoen Nederlanders rechts gestemd en 3,3 miljoen links.
De vraag die opdoemt is: hoe komt het dan ondanks grote sociale bewegingen van de afgelopen jaren (zwarte piet, slavernijverleden, milieubeweging, Palestina) rechts zo dominant is in het electoraat?
Wat doet links verkeerd? Waarom is ze niet in staat om sociale strijd om te zetten in electorale winst? Komt het door de versnippering van links? Maar die versnippering zien we ook bij rechts.
Het effect van sociale bewegingen komt tot uiting op andere plekken: de maatschappelijke discussies, de impact op het overheidsbeleid en het beleid van instituten, organisaties en ondernemingen. Toch zou de vraag gesteld moeten worden: hoe kan deze invloed ook vertaald worden bij verkiezingen? Er zijn geen gemakkelijke antwoorden, maar ze moeten gezocht worden in de richting van een ideologisch antwoord op hedendaagse problemen en het vraagstuk van organisatie (hoe mensen te organiseren en dat te verbinden met verkiezingen).
De PvdA heeft Groen Links harder nodig dan omgekeerd
Het samengaan van Groen Links en PvdA heeft een positief effect gehad op de combinatie Groen Link/PvdA. Samen zijn ze van 17 zetels (Groen Links 8 en PvdA 9) naar 25 zetels gegaan. Maar als je naar de lange termijn trend kijkt, dan blijkt dat de PvdA de afgelopen 34 jaar dramatisch is geslonken. In 1989 had de partij 2,8 miljoen stemmen; in 2021 was dat 0,6 miljoen. Groen Links daarentegen schommelde zo rond 0,6 miljoen stemmen. Zie onderstaande grafiek.
Als je de stemmen van Groen Links en de PvdA over de afgelopen jaren opstelt, dan is de combinatie als geheel van 3,2 miljoen stemmen in 1989 naar 1,6 miljoen in 2023 gegaan. Dat is een achteruitgang met 50%.
In de toekomst zou je moeten kijken naar een samenwerking van alle linkse partijen die een groot blok kunnen vormen tegen rechts.
Ondanks het verlies van BIJ1, is het aantal stemmen voor partijen van kleur stabiel gebleven
In Europa is het uniek dat partijen die zich nadrukkelijk baseren op mensen van kleur zetels weten te bemachtigen in het parlement.
De volgende tabel geeft een overzicht van het aantal stemmen van de twee partijen van kleur in de afgelopen drie verkiezingen: DENK en BIJ1.
Hieruit blijkt dat DENK redelijk stabiel is en zelfs groeit. BIJ1 is met de helft teruggaan, maar in totaal hebben ongeveer 300.000 mensen op deze partijen van kleur gestemd. De kiesdeler in 2023 is 69.551. Als de twee partijen samen zouden zijn gegaan zouden ze op 4,2 zetels uitkomen. Zelfs als ze niet zouden fuseren, maar een lijstverbinding zouden aangegaan zoals Groen Links/PvdA, dan zouden ze beiden sterker uitgekomen zijn.
De opkomst en neergang van BIJ1 verdient een aparte analyse. Wat is er misgegaan? Bij een diepgaande analyse zouden we moeten kijken naar de ideologische basis (was die sterk genoeg), het leiderschap (was die krachtig, vastberaden en visionair) en de organisatieopbouw (kadervorming, organisatiecultuur, sociale basis inclusief etniciteit). Zulke analyses zijn hard nodig om de vraag om lessen te kunnen trekken voor hoe sociale bewegingen op te bouwen.
De groei van extreem rechts is een lange termijn groei
Ik heb de rechtse stemmer ingedeeld naar gematigd en extreem rechts. Onder gematigd rechts heb ik de volgende partijen gebracht:
- 50PLUS
- AOV
- BBB
- CDA
- ChristenUnie
- GPF
- NSC
- RPF
- SGP
- Unie 55+
- VVD
Onder extreem rechts:
- FvD
- JA21
- Leefbaar Nederland
- Lijst Janmaat/CD
- LPF
- PVV
Uit de volgende grafiek blijkt dat de groei van extreem rechts een lange termijn groei is.
Dertig jaar geleden stelde extreem rechts niet veel voor. De laatste twintig jaar trekt ze ongeveer een derde van het electoraat. Het was slechts een kwestie van tijd voordat ze een leidende rol in de regeringsformatie zou spelen. In 2023 is het dan zover.
Het karakter van extreem rechts
Extreem rechts groeit niet alleen in Nederland, maar ook in West-Europa en de rest van de wereld. Extreem rechts in de 21ste eeuw is niet hetzelfde als fascisme van de jaren dertig. Fascisme in de jaren dertig was gericht op kolonisatie. Het doel van Hitler was de kolonisatie van Oost-Europa. De vernietiging van Joden was niet zijn voornaamste doel. Zijn voorbeeld was de kolonisatie van India door de Britten. In mijn boek Decolonizing The Mind paragraaf 8.3 The role of Nazism and the Jewish Holocaust in Western civilization leg ik dat haarfijn uit.
Kolonisatie betekent oorlog: de gewelddadige bezetting van land.
Extreem rechts van de 21ste eeuw is tegen oorlog. Met uitzondering van de steun aan Israel zien we dat extreem rechts zich keert tegen de oorlog in Oekraïne en in het algemeen tegen oorlogen met Rusland en China. Dat is niet vanwege vredelievende motieven, maar vanwege de realisatie dat dit soort oorlogen niet door het Westen gewonnen kunnen worden en alleen tot ellende zal leiden voor de eigen bevolking. Nationalisme en vreemdelingenhaat worden gecombineerd met sociaal beleid voor de eigen bevolking. Het verkiezingsprogramma van de PVV gaat veel verder dan de meeste linkse partijen. Dit staat in het verkiezingsprogramma van de PVV:
- Verlaging BTW op boodschappen van 9% naar 0
- Verlagen energierekening (lagere belasting en btw)
- Verlagen sociale huren
- Verhogen wettelijk minimumloon
- Verhogen van de huurtoeslag
- Afschaffen van het eigen risico in de zorg
- Verlaging van de brandstofaccijnzen
- Verhoging ouderenkorting
- Verlagen AOW-leeftijd naar 65 jaar
- Afschaffen eigen risico
- Tandarts in basispakket
- Afschaffen eigen risico
- Sociale huren verlagen
- Huurtoeslag verhogen
- 20 procent salarisverlaging voor bewindslieden, Kamerleden en Europarlementariërs
- Koningshuis belastingplichtig en verlaging bijdrage aan Koningshuis met 20%
- Er gaan miljarden naar een oorlog die niet de onze is.
Dit zijn maatregelen die veel linkse mensen zouden steunen, maar bij de PVV worden ze altijd verbonden met vreemdelingenhaat en de leuze “Nederland voor de witte Nederlanders”.
De opkomst van extreem rechts in de 21ste eeuw is nauw verbonden met de crisis van de westerse beschaving aan de ene kant en het onvermogen van links om daar een effectief antwoord op te formuleren. Het verkiezingsprogramma van de PVV stelt: “We leggen grondwettelijk vast dat onze Joods-christelijke en humanistische wortels de dominante en leidende cultuur vormen in Nederland.” Identiteit (etnisch, nationaal) word gekoppeld aan de Westerse beschaving. Links heeft geen antwoord op deze crisis, omdat ze onderdeel is van die beschaving, die in verval is geraakt. Voor de toekomst betekent dit dat extreem rechts alleen maar sterker gaat worden en de crisis van de Westerse beschaving alleen maar dieper.
Een radikaal antwoord op deze crisis moet komen vanuit de dekoloniale beweging die het vraagstuk van een nieuwe wereldbeschaving centraal op de agenda plaatst.